1555 - Jacob van Beusichem

Blz. CXXIIII.

Ander vuytgaven van notelicke reparatien
gedaen aen den huyse van Apcoude tijde deser rekeninge
@noXVcvijff ende vijftich.

Betaelt Aert Reijerszn tijmmerman de zomme van ses ponen
dartien scell. van Xl groot. vlaems t pondt vuyt zaecke dat
hij opten huyse van apcoude zeecker nootlicke reparatie
gedaen heeft ende die materialen daer toe dienende gele-
vert heeft. Breder blijckende bijde specificatie hier bij
over gelijt ende attestatie vanden maerschalck vanden
zelven huyse Coenraedt van Diepholt ende quitantie
daer toe dienende ergo hier VI Lb.XIII sc.

Betaelt huijch Janszn. van weesp schoorsteenveger
die somme van een en twijntich scell. van II groot. den scell.
vuyt zaecke dat hij opten huyse van apcoude zeven
schoorstenen gesuurt ende schoongemaeckt heeft elcke
schoorsteen tot drie scell. Blijckende bij attestatie van den
zelven voern. maerschalck ergo hier I Lb. I sc.

Betaelt Jasper michielszn. slootmaker die somme van acht-
thien scell. van II groet. den scell. ter canse ende vuyt
zaecke dat hij opten huyse van apcoude zeker sloote ende
sluetelen gelevert gemaeckt vermaeckt ende gerepareert heeft
Blijckende bijde attestatie als boven ergo hier XVIII sc.

Blz. CXIIII verso.
Betaelt Aert Reijerszn tijmmerman t apcoude die somme
van acht ende t negentich ponden van veertich groot.
vlaems t pondt ter canse ende vuyt zaecke hij een geval-
len backhuys staende opten huyse van apcoude van
nijenws op gerepareert ende gemaeckt heeft ende
alle materialen daer toe dienende gelevert heeft
Breder blijckende bij specificatie vande percelen van dien
daer inne gecompretenteert ende begrepen ende attestatie
vanden voerschr. maerschalck ergo hier XCVIII Lb.

Noch betaelt die zelven Aert Reijerszn die somme van
acht ponden van XL groot. vlaems t pondt vuyt zaecke
dat hij gemaeckt heeft achter inden houck vant
backhuys een zeker privaet daer hij toegelevert heeft
het duer raempt ende duer ende alle zijne toebehoern vanden
steen calck ende arbeijt Blijckende bijde attestatie
vanden voerschr. maerschalck ende quitantie daer toe dienende
ergo hier VIII Lb.

Noch is den Rentmr. gereist doer beveel van mijne .
heren vande rekencamer tot Apcoude prima augusti @noLV
mit een mr. tijmmerman ende metzelaer ende gemaeckt een
besteck int gevallen backhuys wederom op te maken
met billetten vuyt te scrijve ende inde kercken te publi-
ceren, an oncosten gehadt van wagenhuer Bellechier
ende vacatien vande tijmmerluden ende metzelaaers t samen
IIII Lb.XIX sc.



Blz. LXXXVII verso
Coenraedt van diepholt maerschalck des nederquartiers
des lants van Utrecht ende casteleijn vanden huyse van
apcoude betaelt die somme van hondert vijftich ponen
van XL groot. die hem bij de Co.Ma.tjaerlicx toegevuecht
sijn bij zijne opene brieve van commissie ende dat voerde
bewaernisse vanden huyse van abcoude ende onderhout

Blz. LXXXVIII.
van twee waeckers ende een poertier bij state geassigneert
op des rentmr. Ende dit zedert prima january @noXVcvijff
ende vijftich stijl van Utrecht tot ultima Decembris
daer aen volgende maeckende den tijt van een geheel
jaer. Blijckende bij quitan. in date den XVIII Januarij
Anno XVcsessenvijftich hier overgelevert Daer omme hier
die voerschr. somme van CL Lb.

Het Utrechts Archief Toegang 37 Inv.nr. 30